Main menu:
Multimedia > Gatenteksten Mavo > Module 7
H5 Europa en de wereld 1945-1989
H5 Par 2. Internationale organisaties
Nog tijdens de Tweede Wereldoorlog (juni 1945) werd er een organisatie opgericht met de bedoeling het handhaven van vrede en veiligheid in de wereld.
Deze organisatie ( de V
.. N
. of United Nations / UN) was de opvolger van de V
...
In tegenstelling tot de Volkenbond werden:
Op dit moment telt de algemene vergadering van de VN 192 leden. Deze vergadering is het parlement van de VN. Alle leden hebben ιιn stem. De leden hoeven zich echter niet aan de besluiten van de vergadering te houden.
Het hoogste bestuursorgaan van de VN is de Veiligheidsraad. Deze raad bestaat uit 5 permanente leden en tien niet permanente (wisselende) leden. De permanente leden zijn: 1. De USA 2. Rusland 3. China 4. Frankrijk 5. Engeland.
Deze 5 landen hebben het vetorecht (zij kunnen een besluit
door een veto uit te spreken). E E
Daarnaast heeft de VN nog veel organisaties onder zich die zich bijvoorbeeld bezig houden met het internationale recht (Internationaal Hof van Justitie) of onderwijs en cultuur (Unesco). E
Na de Tweede Wereldoorlog besloten ook een aantal Europese landen om op economisch gebied nauwer te gaan samenwerken. Hiervoor waren een aantal redenen:
Het begon allemaal met zes landen die gingen samenwerken in de EGKS (1952, de E
G
van K
.. en St
..). E
In 1957 volgde de oprichting van de Europese Economische Gemeenschap de
EEG (1957) EG (1967)
. (1992).
Het onderdeel economisch verdween uit de afkorting omdat de lidstaten ook gingen samenwerken op andere gebieden. Voorbeelden hiervan zijn de bestrijding van; milieuvervuiling, drugshandel, criminaliteit en interne conflicten. Er wordt zelfs al gesproken over ιιn gemeenschappelijk Europees leger.
Uiteindelijk moet er binnen de Unie ιιn markt komen waarin burgers vrij kunnen reizen, wonen, kopen, studeren, werken. Vanaf 1992 is Europa ook een M
Unie er werd immers ook ιιn munteenheid (de euro) ingevoerd. De Europese Unie breidt zich op dit moment snel uit (meer dan 25 leden) met veel voormalige Oostblok landen.
E E